Het is ergens in 2011 als ik voor de eerste keer écht in aanraking kom met de doelgroep ouderen. Ik mag stage gaan lopen in een kleinschalige woonvorm voor mensen met dementie en ik vind het GEWELDIG! Vervolgens ben ik een studie in de ouderenzorg (toegepaste gerontologie) gaan doen en ben ik op zoek gegaan naar een bijbaantje in diezelfde richting. Ik kwam uit bij de thuiszorg waar ik mocht gaan poetsen bij de oudere mensen thuis. Ik zat er helemaal op mijn plek. Niet omdat ik zo nodig wilde poetsen, maar omdat ik het heerlijk vond om met de mensen te kletsen. Van poetsen kwam dus ook vaak niet zo veel, maar dat vonden de mensen helemaal niet erg. Ze vonden het juist leuk om hun verhalen met me te delen. En ik deed ervaring op die ik vervolgens weer kon gebruiken in mijn studie.
In 2018 merk ik voor het eerst dat mijn eigen opa echt achteruit gaat. Hij krijgt te maken met fysieke beperkingen en later ook cognitieve achteruitgang. Opeens sta ik aan de andere kant van de lijn. Als kleindochter en als mantelzorger. Ik leer de ouderenzorg van een hele andere kant kennen. Eén voordeel: ik neem mijn kennis en netwerk mee. Hierdoor is het voor opa mogelijk om zelfstandig thuis te blijven wonen. Ik regel de zorg en ondersteuning die nodig is en merk dat mijn achtergrond in de ouderenzorg in mijn voordeel werkt. Fijn, maar ook confronterend want al die mensen die dit niet hebben moeten het zelf maar zien te regelen en organiseren. En waar begin je dan? Laat mij, als expert ouderenzorg, je helpen!